Balans

(Bedragen x 1.000)

Activa31 december 201531 december 2016
Vaste activa596.792610.047
Immateriële vaste activa00
Immateriële vaste activa00
Materiële vaste activa410.359423.143
Investeringen met economisch nut249.454256.129
Investeringen riolering en afval99.464106.015
Investeringen met maatschappelijk nut61.44161.000
Financiële vaste activa186.433186.904
Financiële vaste activa186.433186.904
Vlottende activa161.892139.048
Voorraden55.16462.176
Gronden in exploitatie32.12154.036
Overige grond- en hulpstoffen22.9058.076
Onderhanden werk140
Magazijnvoorraden12465
Vorderingen24.88619.253
Vorderingen op openbare lichamen1.125639
Overige vorderingen23.76118.614
Liquide middelen4.1791.011
Liquide middelen4.1791.011
Overlopende activa77.66356.608
Overlopende activa77.66356.608
Totaal Activa758.683749.095

Recht op verliescompensatie VPB

3.186

(Bedragen x 1.000)

Passiva31 december 201531 december 2016
Eigen Vermogen145.392164.505
Reserves131.980137.566
Algemene reserves86.496101.050
Bestemmingsreserves45.48436.516
Nog te bestemmen resultaat13.41226.939
Nog te bestemmen resultaat13.41226.939
Voorzieningen61.32961.235
Voorzieningen61.32961.235
Voorzieningen61.32961.235
Vaste schulden429.968378.967
Vaste schulden429.968378.967
Vaste schulden429.968378.967
Vlottende passiva121.994144.388
Kortlopende schuld50.18781.904
Kortlopende schuld50.18781.904
Overlopende passiva71.80762.484
Overlopende passiva71.80762.484
Totaal Passiva758.683749.095

Totaal gewaarborgde geldleningen

1.540.338

1.445.108

Toelichting vaste activa

Toelichting op de balans

Activa

Vaste Activa
Vaste activa zijn zaken die meerjarig hun nut en waarde behouden. Uitgaven aan deze zaken worden in beginsel geactiveerd en gedurende de gebruiksduur afgeschreven ten laste van de rekening van baten en lasten.
Er is onderscheid in immateriële, materiële en financiële vaste activa. Immateriële vaste activa zijn kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. De materiële activa zijn stoffelijk van aard; bijvoorbeeld gebouwen, computers, sportvelden en voertuigen. De financiële vaste activa zijn geldleningen, beleggingen en vorderingen op lange termijn. Het verloop van de boekwaarden van de vaste activa was in 2016 als volgt:

Immateriële vaste activa
Volgens de vernieuwde regels van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) vallen vanaf 2017 bijdragen in activa van derden onder de immateriële activa.

(Bedragen x € 1.000)

Immateriële vaste activa

31 december 2015

31 december 2016

Immateriële vaste activa

0

0

Totaal Immateriële vaste activa

0

0

In 2016 zijn er geen immateriële activa.

Materiële vaste activa
De materiële vaste activa worden geactiveerd en afgeschreven op basis van de economische levensduur. Dit sluit aan bij de uitgangspunten van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).

Er is onderscheid in:

  • Investeringen met een economische nut: investeringen die verhandelbaar zijn of die een bijdrage leveren aan het productieproces.
  • Investeringen voor onderdelen die in rekening wordt gebracht bij burgers en bedrijven: dit zijn ook investeringen met een economisch nut. De investeringslasten worden door middel van heffingen in rekening gebracht bij de gebruiker. Het zijn specifiek de investeringen voor afvalstoffen en riolering
  • Investeringen met een maatschappelijk nut: investeringen in de openbare ruimte (wegen, parken, viaducten et cetera) zijn niet verhandelbaar en leveren geen bijdrage aan productieprocessen. Deze investeringen worden geactiveerd als onvoldoende financiële dekkingsmiddelen beschikbaar zijn om ze in één keer ten laste van reserves of van de exploitatierekening te brengen. Vanaf het begrotingsjaar 2017 gelden ook over deze (nieuwe) investeringen de gebruikelijke afschrijvingstermijnen.

Onderstaand een overzicht van de wijzigingen van de boekwaarde van deze materiële vaste activa in 2016.

(Bedragen x € 1.000)

Materiële vaste activa

31 december 2015

31 december 2016

Investeringen met economisch nut

249.454

256.129

Investeringen riolering en afval

99.464

106.015

Investeringen met maatschappelijk nut

61.441

61.000

Totaal Materiële vaste activa

410.359

423.143

Verloop materiele vaste activa

(Bedragen x € 1.000)

Boek-waarde

Bij

Af:

Boek-waarde

31-12-2015

31-12-2016

Investeringen afgelopen jaar

Afschrijvingen ten laste van de exploitatie

Afschrijvingen ten laste van reserves voorzieningen

Bijdragen van derden

Desinvesteringen

Economische nut:

Investeringen waarvoor heffingen kunnen worden geheven

99.464

13.185

5.837

797

106.015

Subtotaal

99.464

13.185

5.837

0

797

0

106.015

Overige investeringen met economisch nut:

Gronden

49.050

13.533

389

189

62.005

Woonruimten

109

13

96

Gebouwen

159.844

1.923

5.468

332

1.953

154.014

Infrastructuur

6.996

548

1.147

6.397

Vervoermiddelen

3.179

951

639

3.491

Bedrijfsmiddelen

14.313

545

1.591

129

41

13.097

Overige

15.963

4.659

3.340

185

68

17.029

Subtotaal

249.454

22.159

12.198

0

1.035

2.251

256.129

Investeringen met een maatschappelijk nut

Gronden en terreinen

0

Infrastructuur

61.441

33.036

11.045

901

16.612

4.919

61.000

Overige

0

Subtotaal

61.441

33.036

11.045

901

16.612

4.919

61.000

Totaal

410.359

68.380

29.080

901

18.444

7.170

423.144

De belangrijkste investeringen in 2016 waren aanpassing/vervanging riolering (€ 12,6 miljoen), realisatie van het Stationskwartier (€ 12,4 miljoen). Voor € 12,4 miljoen in mobiliteit waaronder de busverbinding Hoogwaardig openbaar vervoer.

Het BBV biedt de mogelijkheid om investeringen met een maatschappelijk nut tot en met 2016 in één keer af te schrijven. Hiervan is in 2016 gebruik gemaakt, wat tot vermindering van de boekwaarden van die specifieke activa heeft geleid.

De waarde van de gronden in erfpacht bedraagt op basis van de activastaat eind 2016 € 9,4 miljoen.

Financiële vaste activa
Financiële vaste activa zijn deelnemingen en verstrekte leningen, opgenomen tegen nominale waarde.

(Bedragen x € 1.000)

Financiële vaste activa

31 december 2015

31 december 2016

Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen

2.077

2.077

Leningen aan woningbouwcorporaties

81.289

77.750

Leningen aan deelnemingen

18.550

17.911

Bijdragen aan activa in eigendommen van derden

1.672

1.527

BreedSaaM

72.644

74.644

Overige langlopende vorderingen

10.201

12.995

Totaal Financiële vaste activa

186.433

186.904

Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen
De nominale waarde van de aandelenbelangen in betreffende deelnemingen zijn in 2016 niet gewijzigd.

(Bedragen x € 1.000)

Specificatie Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen

31 december 2015

31 december 2016

Brabant Water NV

735

735

Bank Nederlandse Gemeenten NV

644

644

Intergas NV

1

1

Enexis / Essent NV

24

24

Stadsherstel NV

204

204

Chasse Theater Beheer NV

227

227

Bredase Investeringsmaatschappij NV (BrIM)

227

227

Rewin

16

16

Totaal Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen

2.077

2.077

Leningen aan woningbouwcorporaties
De leningen aan de woningbouwcorporaties zijn door Breda bij derden aangetrokken leningen die onder dezelfde condities worden doorgeleend aan woningbouwcorporaties. De omvang van deze leningportefeuille neemt in een reeks van jaren af.

Leningen aan deelnemingen

(Bedragen x € 1.000)

Specificatie Leningen aan deelnemingen

31 december 2015

31 december 2016

Chassé Theater Beheer NV

17.403

16.781

Stadsherstel NV

1.147

1.130

Totaal Leningen aan deelnemingen

18.550

17.911

Op de leningen aan deelnemingen vinden de contractuele aflossingen plaats.
BreedSaaM
Per 31 december 2014 is de huisvesting van het primair- en speciaal onderwijs overgedragen aan de coöperatieve vereniging BreedSaaM. De financiering van de overdracht vond plaats met een door Breda verstrekte geldlening. In 2015 was de definitieve afwikkeling van de overdracht. In 2015 is ook een aanvullende leningovereenkomst met BreedSaam aangegaan voor € 10 miljoen in het kader van de overeenkomst doordecentralisatie onderwijshuisvesting primair en speciaal onderwijs Breda. Deze lening kan in tranches worden opgenomen met een deadline van 30 juni 2017. In 2016 is hiervan € 2 miljoen opgenomen.  

Overige langlopende vorderingen en leningen

(Bedragen x € 1.000)

Specificatie Overige langlopende vorderingen

31 december 2015

31 december 2016

Leningen Gemeentelijke Kredietbank

2.948

3.623

Leningen Sociale Zaken

1.564

1.546

Museum of the Image (MOTI)

704

373

Startersleningen

2.678

4.237

Deposito voormalig Hypotheekfonds Noord-Brabant

2.307

1.845

Lening Nationaal Restauratie Fonds

0

1.370

Totaal Overige langlopende vorderingen

10.201

12.995

De Raad heeft voor startersleningen kredieten beschikbaar gesteld van € 0,7 miljoen respectievelijk € 1 en € 3 miljoen in de jaren 2009, 2013 en 2014. Per ultimo 2016 zijn 309 startersleningen verstrekt voor de aankoop van particuliere woningen. De uitvoering van de startersleningen is grotendeels uitbesteed aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting.

Toelichting Vlottende activa

Vlottende Activa

Voorraden
Vlottende activa zijn bezittingen waarin het vermogen in principe voor een periode korter dan een jaar is vastgelegd bijvoorbeeld voorraden, vorderingen en liquide middelen.

De voorraden zijn hoofdzakelijk grondexploitatie.
In 2016 zijn, in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), nieuwe regels kan kracht geworden met betrekking tot grondexploitaties.  In de paragraaf Grondbeleid in deze jaarstukken wordt ingegaan op deze ontwikkeling en is toegelicht welke aanpassingen in dit kader zijn verwerkt. In deze paragraaf wordt ook inzicht gegeven in de planresultaten per exploitatie, de voorraad gronden en panden en de risico's.  
Het BBV specificeert het bezit van grond naar de volgende activa:

  • Materiële vaste activa (voormalige Niet in Exploitatie Genomen Gronden (NIEGG). Deze gronden zijn reeds in 2015 van de voorraden overgebracht naar de materiële vaste activa)
  • Bouwgrond in exploitatie (BIE)
  • Voorraad grond

(Bedragen x € 1.000)

Voorraden

31 december 2015

31 december 2016

Gronden in exploitatie

94.720

95.543

Voorziening negatieve planresultaten

-62.598

-41.508

Verspreid liggende gronden

25.843

8.889

Voorziening grondexploitaties

-2.938

-813

Onderhanden werk

14

0

Magazijnvoorraden

124

65

Totaal Voorraden

55.164

62.176

Wanneer een grondexploitatie verliesgevend is, schrijft het BBV voor dat een voorziening gevormd moet worden op het moment dat deze verliezen 'voorzienbaar en onafwendbaar' zijn. Bij het afsluiten van een grondexploitatie komt het negatieve resultaat ten laste van deze voorziening.
Ten aanzien van de grondexploitaties kan het volgende overzicht worden gepresenteerd.

Verloopoverzicht grondexploitaties

Stand per 31-12-2015

         94.720

Mutaties per 1-1-2016 BBV

            5.621

Stand per 1-1-2016

       100.341

Mutaties 2016

          -4.798

Stand per 31-12-2016

         95.543

Nog te maken kosten

         53.658

Nog te realiseren opbrengsten

       134.830

Op grond van de gewijzigde notitie BBV is een bedrag van € 5,6 miljoen per 1-1-2016 ingebracht in de grondexploitaties.

De mutatie heeft betrekking op panden en gronden Rithmeesterpark Zuid-oost ingebracht in de grondexploitatie Rithmeesterpark (€ 1,5 miljoen), diverse bedrijfskavels in de nieuwe grondexploitatie verzamelcomplex bedrijventerreinen (€ 1,7 miljoen), Oude Molenweg naar de nieuwe grondexploitatie verzamelcomplex wonen (€ 1,1 miljoen)  en  de Heikantsestraat, Leistraat en Markpark naar de afzonderlijke nieuwe grondexploitaties  (€ 1,3 miljoen).

Voor de nog te maken kosten en opbrengsten vanaf 2017 is de volgende onderbouwing te geven.

Nog te maken kosten
De nog te maken kosten in lopende grondexploitaties bedragen in totaal € 53,7 miljoen over de resterende looptijd vanaf 2017. Deze kosten zijn als volgt in te delen (bedragen x € 1.000):

Bouw en woonrijpmaken

32.794

61%

Honoraria

4.764

9%

Rentelasten

9.252

17%

Kostenstijgingen

3.306

6%

Overige kosten

3.542

7%

Totaal

53.658

100%

Bouw- en woonrijpmaken vormt de hoofdmoot van de nog te maken kosten. Plankosten (honoraria) zijn een post die daar direct mee samen hangt. Samen zijn ze goed voor 70% van de totale kosten. De posten rentelasten en kostenstijgingen (samen 23%) zijn in een grondexploitatie het logische rekenkundig gevolg van gedane uitgaven.

Kijkend naar de spreiding over grondexploitaties zitten de meeste kosten in de exploitaties rond Teteringen (€ 24,6 miljoen, waarvan € 19,8 miljoen in Bouverijen), in Stationskwartier (€ 9,6 miljoen), en in Rithmeesterpark (€ 6,3 miljoen).

Nog te behalen opbrengsten
De nog te behalen opbrengsten in lopende grondexploitaties bedragen in totaal € 134,8 miljoen over de resterende looptijd vanaf 2017. Deze opbrengsten zijn als volgt in te delen (bedragen x € 1.000):

Opbrengst woningbouw

81.666

60%

Opbrengst bedrijventerrein

38.950

29%

Opbrengst kantoren

6.132

5%

Overige opbrengsten en subsidies

8.082

6%

Totaal

134.830

100%

De meeste opbrengsten worden behaald met woningbouw (60%) en bedrijventerrein (29%). Samen zijn ze goed voor 89% van alle nog te behalen opbrengsten.

De grondopbrengsten door woningbouw worden voornamelijk behaald in Teteringen (€ 53,6 miljoen, waarvan € 34,1 miljoen in Bouverijen), in Eikberg (€ 7,4 miljoen) en Adriaan Klaassen Landgoed (€ 6,9 miljoen).
De opbrengsten aan bedrijventerrein zijn geconcentreerd in Rithmeesterpark (€ 24,1 miljoen), de grondopbrengst bij kantoren in het Stationskwartier (€ 5,0 miljoen).

Een verdere detaillering voor de afzonderlijke grondexploitaties leidt tot het volgende overzicht:

Naam

Stand 1-1-2016

Mutaties 2016

Stand 31-12-2016

Stationskwartier

                     11.377

                           873

                     12.251

Totaal Stationskwartier

                     11.377

                           873

                     12.251

Waterdonken

                       1.818

                       -2.107

                         -289

Hoge Gouw

                          389

                        2.084

                      -1.695

Saval

                       5.774

                       -1.807

                       3.967

Roosberg

                      -1.795

                           979

                         -816

Uitbreiding De Neel

                         -947

                           947

                              -  

Verzamelcomplex Woningbouw

                              -  

                           676

                          676

Bouverijen

                     32.718

                           614

                     33.333

Adriaan Klaassenstraat Landgoed

                       5.248

                           527

                       5.775

Overige complexen wonen

                     12.076

                           423

                     12.499

Totaal Wonen

                     55.280

                       -1.831

                     53.449

Markpark

                              -  

                        4.390

                       4.390

Douaneterrein Hazeldonk

                       2.887

                       -3.569

                         -682

Herstructureringsfonds BOM/BHB

                              -  

                       -3.407

                      -3.407

Rithmeesterpark

                     15.264

                        3.355

                     18.620

Verzamelcomplex Bedrijventerreinen

                              -  

                        2.722

                       2.722

Werkdonken

                              -  

                        2.483

                       2.483

Steenakker-Zuid

                       2.424

                       -2.424

                              -  

Triple O

                       1.928

                       -1.928

                              -  

Overige complexen werken

                       5.613

                           105

                       5.718

Totaal Werken

                     28.117

                        1.726

                     29.844

Overige

                          -55

                             55

                              -  

Totaal

                     94.720

                           824

                     95.544

De mutaties 2016 hebben betrekking op het saldo van laten en baten van de jaarschijf 2016.

Voor nadere informatie ten aanzien van de resultaten van de grondexploitaties en de gebruikte parameters wordt verwezen naar de Paragraaf Grondbeleid.

Na de mutaties in 2016 is de waardering van de belangrijkste grondexploitaties:

Waardering onderhanden werk grondexploitaties

(bedragen x € 1 miljoen)

Voorziening negatieve planresultaten

31 december 2015

31 december 2016

Teteringen

18,7

17,0

Stationskwartier

22,0

8,8

Saval

4,4

4,5

Vlaszak/Gasthuispoort

3,9

4,0

Adriaan Klaassenstraat (landgoed)

2,3

1,7

Steenakker Zuid

2,5

0,0

Rithmeesterpark

3,9

0,6

Overige grondexploitaties

4,9

5,6

Mutatie discontering 2 %

-0,7

Totaal

62,6

41,5

De hoogte van de voorziening voor negatieve planresultaten is gebaseerd op de herzieningen van de verwachte negatieve grondexploitaties. Deze herzieningen zijn aannames van de verwachte kosten en opbrengsten. Uitgangspunt voor de berekeningen is een zogenaamd "midcase"scenario. Daarmee komt de huidige waardering voor de projecten tot stand op basis van de beste inschatting van dit moment. De waardering grondexploitaties is dus een schatting; de realisatie kan afwijken van de verwachting.

Ten opzichte van de jaarrekening 2015 neemt de voorziening sterk af. De totale afname is toe te schrijven aan de administratieve wijzigingen als gevolg van de gewijzigde Notitie Grondexploitaties 2016 van de Commissie BBV en de verbetering van de planresultaten van grondexploitaties.

De grootste mutatie hierbinnen is te zien bij de grondexploitatie Stationskwartier met een verbetering van € 13 miljoen. Op grond van de genoemde Notitie is de grondexploitatie Stationskwartier gesplitst en zijn de bovenplanse investeringen uit de grondexploitatie gehaald. De administratieve aanpassingen die samenhangen met de notitie, waaronder de genoemde mutaties van de grondexploitatie Stationskwartier, zijn bij raadsbesluit van 22 december 2016 door de gemeenteraad bekrachtigd. Op basis hiervan heeft verwerking in de jaarrekening plaatsgevonden.

Een uitvoerige toelichting op de grondexploitaties en risico's staat in de paragraaf Grondbeleid.

Vorderingen
De vorderingen hebben een looptijd korter dan een jaar. Er is onderscheid tussen debiteuren in het kader van de wet Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten (BUIG) en overige tegoeden.

(Bedragen x € 1.000)

Vorderingen

31 december 2015

31 december 2016

Debiteuren openbare lichamen

1.125

639

Debiteuren

13.482

10.255

Voorziening dubieuze debiteuren

-2.249

-2.254

Debiteuren verhaal en terugvorderingen Wwb/BUIG

18.379

19.952

Voorziening debiteuren verhaal en terugvordering Wwb/BUIG

-11.962

-13.040

Vordering schatkistbankieren

6.111

3.701

Totaal Vorderingen

24.886

19.253

Voor de voorziening dubieuze debiteuren worden aan het eind van elk boekjaar de openstaande posten ouder dan drie maanden individueel beoordeeld op inbaarheid. Het saldo van de voorziening is toereikend voor het saldo van de oninbare openstaande vorderingen. Op de aan de BWB ter dwanginvordering overgedragen posten is de door BWB vastgestelde leidraad invordering van toepassing.
De hoogte van de voorziening dubieuze debiteuren Wwb/BUIG wordt mede bepaald op basis van de analyse van het verloop van de vorderingen per categorie in 2004 tot en met 2016.
Er is een vordering op het rijk voor schatkistbankieren van € 3,7 miljoen.
Sinds eind 2013 is het schatkistbankieren voor decentrale overheden verplicht. Gemeenten hebben allemaal een rekening courant verhouding met het rijk gekregen en dienen daar de overtollige middelen te stallen. Om het cashmanagement van een gemeente niet teveel te verstoren heeft het Rijk bepaalde middelen uitgezonderd waaronder het drempelbedrag. Dit bedrag bedraagt 0,75% van de begroting (tot € 500 miljoen) plus 0,2% van het meerdere.
Het totale rekeningstelsel bij de Bank Nederlandse Gemeenten wordt dagelijks afgeroomd (drempel
€ 2 miljoen) naar de schatkist.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren

Verslagjaar 2016

(1)

Drempelbedrag

        4.067

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

(2)

Kwartaalcijfer op dagbasis
buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

5.659

3.131

2.167

1.581

(3a) = (1) > (2)

Ruimte onder het drempelbedrag

        -  

            936

         1.900

         2.486

(3b) = (2) > (1)

Overschrijding van het drempelbedrag

         1.592

              - 

              -  

             -  

Liquide middelen

(Bedragen x € 1.000)

Liquide middelen

31 december 2015

31 december 2016

Kasgelden

48

39

Banktegoeden

4.094

964

Kruisposten

36

8

Totaal Liquide middelen

4.179

1.011

Liquide middelen zijn de kasmiddelen en tegoeden op de bankrekeningen, inclusief de kruisposten.
Het saldo op het rekeningstelsel bij de BNG is € 800.000.

Overlopende activa
Overlopende activa zijn posten die aan het verslagjaar worden toegerekend maar waarvan de feitelijke afwikkeling na afloop van het jaar gebeurt.

(bedragen x € 1.000)

Overlopende activa

31 december 2015

31 december 2016

Nog te ontvangen posten

67.061

52.670

Vooruitbetaalde bedragen

10.602

3.938

Totaal Overlopende activa

77.663

56.608

De nog te ontvangen posten bestaan voor ruim € 27,4 miljoen uit vorderingen op de Belastingdienst voor het BTW-compensatiefonds. Daarnaast is € 6,1 miljoen nog te ontvangen van belasting debiteuren en € 4,6 miljoen overlopende rente. Deze rente wordt berekend per 31 december maar wordt pas in 2017 werkelijk ontvangen.
Onderdeel van de nog te ontvangen posten zijn ook de nog te ontvangen bijdragen van overige overheden. Op grond van artikel 40a BBV is de verplichting over de van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen in deze toelichting op de balans inzichtelijk te maken. Hiervan is het volgende overzicht te geven:

(bedragen x € 1.000)

31 december 2015

31 december 2016

Nog te ontvangen bijdragen van de EU

                         2.952

                            904

Nog te ontvangen bijdragen van het Rijk

                         1.012

                         2.199

Nog te ontvangen bijdragen van overige overheid

                       20.860

                       10.822

                       24.824

                       13.925

Toelichting eigen vermogen en voorzieningen

Passiva
Aan de passiva kant van de balans staan het vermogen en de schulden van de gemeente gerangschikt.

Eigen vermogen
Het eigen vermogen van de gemeente wordt gevormd door de reserves en het nog te bestemmen rekeningresultaat 2016.

Reserves
Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) kent twee soorten reserves, algemene- en bestemmingsreserves. Algemene reserves zijn inzetbaar als weerstandsvermogen.
Voor de inzet van bestemmingsreserves zijn eerder bestedingsbeslissingen genomen

(Bedragen x 1.000)

Reserves

31 december 2015

Bij

Af

31 december 2016

Algemene reserves

86.496

19.368

4.814

101.050

Bestemmingsreserves

45.484

14.988

23.956

36.516

Totaal Reserves

131.980

34.356

28.770

137.566

Nog te bestemmen resultaat
Het saldo van het totaaloverzicht van baten en lasten komt overeen met het rekeningresultaat. Voor 2016 is dit € 26,9 miljoen. Separaat aan de Jaarstukken 2016 ontvangt de raad een voorstel voor de  uiteindelijke bestemming van dit resultaat.
Het positief resultaat 2015 van € 13,4 miljoen is verdeeld en maakt onderdeel uit van de toevoegingen aan de algemene- en bestemmingsreserves. In de bijlage reserves, voorzieningen en jaar overstijgende subsidie staat een specificatie van deze resultaatbestemming 2015.

Algemene reserves

(Bedragen x 1.000)

Algemene reserves

31 december 2015

Bij

Af

31 december 2016

Algemene reserves

79.243

5.416

3.802

80.858

Reserves Atea

7.253

-7.253

0

0

Reserve Sociaal Domein

0

21.205

1.013

20.192

Totaal Algemene reserves

86.496

19.368

4.814

101.050

Algemene reserve

De toevoegingen aan de algemene reserve bestaat uit de negatieve resultaatbestemming van 2015 en  de rentetoerekening van € 6,4 miljoen. De belangrijkste onttrekking is € 3,8 miljoen voor de vorming van een voorziening  in verband met de invoering van het Individueel Keuze Budget in 2017.  

Reserves sociaal domein

Bij de jaarrekening 2015 is besloten om een aantal reserves betreffende de sociale sector tot een totaal bedrag van € 21,2 miljoen samen te brengen in een reserve Sociaal Domein.

Bestemmingsreserve

(bedragen x 1.000)

Bestemmingsreserves

31 december 2015

Bij

Af

31 december 2016

Reserves exploitatie, egalisatie en investeringen

34.535

22.218

23.842

32.910

Reserves projecten uit bijdragen derden

1.166

125

70

1.221

Reserves duurzaamheid

1.751

678

44

2.385

Reserves sociaal domein

6.011

-6.011

0

0

Overige reserves

2.021

-2.021

0

0

Totaal Bestemmingsreserves

45.484

14.988

23.956

36.516

Reserves exploitatie, egalisatie en investeringen

Dit zijn bedragen die in een volgend jaar worden besteed. Dit kan zijn omdat meerdere jaren resultaten zijn gereserveerd voor specifieke doelen, omdat middelen zijn overgebracht naar een volgend boekjaar of omdat gereserveerde middelen worden ingezet voor investeringen.

Reserves projecten uit bijdragen van derden

Dit is de reservering van bij bouwprojecten van derden ontvangen afkoopsommen voor het Parkeerfonds, waarop de verplichting ligt om parkeervoorzieningen te realiseren en voor het Groenfonds voor de versterking van de kwaliteit voor groen en water in het buitengebied.
Reserves duurzaamheid
Het bodemfonds en het klimaatfonds zijn reserves ter versterking van de gemeentelijke klimaatdoelstellingen.

Overige reserves
De overige reserves hebben over het algemeen een kort- of aflopend karakter.

In de bijlagen staat een totaaloverzicht van de reserves.

Voorzieningen
Onder voorzieningen staan verplichtingen en verliezen als gevolg van risico’s waarvan de omvang onzeker, maar toch redelijk in te schatten is. Ook zijn er voorzieningen voor uitgaven in een volgend jaar, die hun oorzaak vinden in of vóór het verslagjaar.

(bedragen x 1.000)

Voorzieningen

31 december 2015

Bij

Af

31 december 2016

Personeelsvoorzieningen

11.098

5.341

1.932

14.507

Onderhoudsvoorzieningen

24.579

17.343

13.928

27.994

Voorziening verliesgevende contracten

9.025

-4.228

0

4.796

Achterstallig onderhoud verhardingen

14.225

18

2.432

11.811

Overige voorzieningen

2.403

970

1.246

2.127

Totaal Voorzieningen

61.329

19.444

19.538

61.235

Personeelsvoorzieningen
Het totaal van € 14.5 miljoen aan personeelsvoorzieningen bestaat voor € 8,4 miljoen uit pensioenvoorzieningen voor politieke ambtsdragers (Wet AppA) en voor € 6 miljoen uit kosten voor voormalig personeel en IKB-kosten. Jaarlijks wordt beoordeeld in hoeverre de stand van de personeelsvoorzieningen toereikend is. De voorziening AppA is eind 2016 geactualiseerd en is toereikend. De voorziening voor kosten van voormalig personeel is aangepast in verband met het definitief worden van een aantal kosten voor St@dswjis en een CAO-aanpassing.
Onderhoudsvoorzieningen
Aan de voorzieningen voor onderhoud openbare ruimte is conform de begroting een totaalbedrag van € 6 miljoen gedoteerd voor het groot onderhoud van de 5 kapitaalgoederen: verhardingen, bomen, openbare verlichting, waterwegen (Baggeren) en civieltechnische kunstwerken. Gedurende het jaar zijn een groot aantal projecten uitgevoerd. Met een extra dotatie van 0,7 miljoen is de voorziening toereikend conform de bestaande beheersplannen met het beoogde kwaliteitsniveau.

Voorziening verliesgevende contracten
Voor de vertreklocatie Rechtbank/ Belastingkantoor is door de raad nog geen grondexploitatie vastgesteld. Gezien de huidige regelgeving dient dit te geschieden op basis van de directe opbrengstwaarde. In 2016 is een taxatie uitgevoerd. Op basis van deze taxatie is de hoogte van de voorziening opnieuw bepaald en is een deel van de voorziening vrijgevallen ten gunste van het resultaat. Dit is als negatieve last zichtbaar in bovenstaande tabel. Daarnaast is een deel aangewend voor de aankoop en afwaardering van het voormalig belastingkantoor.

Achterstallig onderhoud verhardingen

De aanpak van het achterstallig onderhoud verloopt volgens plan.  In 2016 is voor circa € 2,5 miljoen aan ernstige schades aan asfaltverhardingen weggewerkt. De huidige verwachting is dat de beschikbare middelen in de voorziening volstaan om het achterstallig onderhoud weg te werken.

Overige voorzieningen

Op 17 mei 2017 heeft de Raad van State een uitspraak gedaan inzake genomen besluiten met betrekking tot De Lunet. Op grond van die uitspraak zijn onzekerheden gerezen met betrekking tot eventuele toekenning van planschade. De Raad is hierover geïnformeerd op 23 mei 2017. (Verdere) besluitvorming hierover vindt plaats in de loop van 2017.  Eveneens zijn onzekerheden ontstaan in verband met een geschil inzake IJpelaar fase 1. Vooralsnog wordt in deze een route van minnelijke schikking gevolgd.

De overige voorzieningen zijn de, in 2015 ingestelde, egalisatievoorzieningen voor afvalstoffen en riolering. Deze voorzieningen hebben geen onderbouwing nodig.

In de bijlagen staat een totaaloverzicht van de voorzieningen.

Toelichting vaste schulden en vlottende passiva

Vaste schulden
Onder de vaste schulden zijn schulden opgenomen met een looptijd van meer dan één jaar. De vaste schulden zijn als volgt te specificeren:

(Bedragen x € 1.000)

Vaste schulden (onderhandse leningen van:)

31 december 2015

31 december 2016

Binnenlandse banken en overheden

427.368

376.772

Overige sectoren

1.383

1.383

Subtotaal

428.751

378.155

Waarborgsommen

1.217

812

Totaal Vaste schulden

429.968

378.967

De  omvang van de vaste schulden is grotendeels in handen van de sectorbanken BNG en NWB:

(Bedragen x € 1.000)

Vaste schulden

31 december 2015

31 december 2016

Lening ten behoeve van de eigen financiering

352.609

304.588

Lening ten behoeve van de woningbouw

74.759

72.184

Subtotaal

427.368

376.772

(Bedragen x € 1.000)

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

1.383

1.383

Subtotaal

1.383

1.383

Waarborgsommen

1.217

812

Totaal Vaste schulden

429.968

378.967

De omvang van de vaste schuld liep terug met € 51 miljoen. € 2,5 miljoen hiervan is aflossing op doorgeleende leningen aan de woningbouwcorporaties. De vaste schuld waarmee gemeentelijke activa zijn gefinancierd nam af met ruim  € 48,5 miljoen. De exploitatie rentelast van de vaste schuld waarmee gemeentelijke activa zijn gefinancierd bedroeg ruim € 10,7 miljoen. De rentelast van de doorgeleende leningen aan de woningbouwcorporaties bedroeg € 2,64 miljoen.

Kortlopende schulden
De specificatie van de kortlopende schulden is als volgt:

(Bedragen x € 1.000)

Kortlopende schuld

31 december 2015

31 december 2016

Crediteuren

4.779

18.744

Schulden aan publiekrechtelijke lichamen

408

3.160

Schulden aan bankinstellingen

45.000

60.000

Totaal Kortlopende schuld

50.187

81.904

De schulden aan bankinstellingen zijn vier kasgeldleningen.

Overlopende passiva
Het totaaloverzicht van de overlopende passiva is als volgt:

(Bedragen x € 1.000)

Overlopende passiva

31 december 2015

31 december 2016

Te betalen kosten

54.620

52.398

Vooruitontvangen

17.187

10.086

Totaal Overlopende passiva

71.807

62.484

De nog te betalen kosten bestaan uit onder andere af te wikkelen leveringen en diensten (€ 14 miljoen), nog te betalen rente (€ 7,5 miljoen), nog te betalen subsidies ( € 5,1 miljoen) en afdrachten personele lasten (€ 7,4 miljoen).
De vooruit ontvangen bedragen zijn ontvangen subsidies en leges waarvan de werkelijke lasten op een later moment plaatsvinden.
Volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moet het onderdeel jaar overstijgende subsidies afzonderlijk zichtbaar worden gemaakt. Het gaat om de volgende subsidieverstrekkers. In de bijlagen is een overzicht per regeling opgenomen.

(Bedragen x € 1.000)

Jaaroverstijgende subsidies

31 december 2015

Bij

Af

31 december 2016

Vooruit ontvangen bijdragen van de EU

731

0

495

236

Vooruit ontvangen bijdragen van het Rijk

3.742

589

1.786

2.545

Vooruit ontvangen bijdragen van overige overheid

2.027

694

678

2.043

Totaal

6.500

1.282

2.959

4.823

Toelichting niet uit de balans blijkende verplichtingen

Niet uit de balans blijkende verplichtingen en rechten
Het Besluit Begroting en Verantwoording verplicht de gemeente om in de toelichting op de balans inzicht te geven in de financiële verplichtingen waaraan de gemeente is verbonden, voor zover die verplichtingen financiële consequenties hebben voor toekomstige jaren en deze niet zijn opgenomen in een balanspost.

(Bedragen x € 1.000)

31-12-2015

31-12-2016

Gewaarborgde geldleningen

Geldleningen voor het verkrijgen/ verbeteren van woningen

1.686

627

Waarborgfonds sociale woningbouw

1.522.979

1.424.508

Overige leningen

15.673

19.973

Totaal gewaarborgde leningen

1.540.338

1.445.108

Bij de geldleningen voor het verkrijgen/verbeteren van woningen en bij de overige leningen staat de gemeente 100% garant bij het Nationaal Restauratie Fonds (NRF).
Bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw heeft de gemeente een achtervang positie. het totaal van de achtervang positie liep in 2016 terug met bijna € 100 miljoen. De leningen die de gemeente rechtstreeks verstrekte aan de woningbouwcorporaties vallen ook onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw en zijn in de balans verantwoord.
Het aantal verstrekte garanties door de Gemeente Breda is al jaren zeer beperkt (zie post overige leningen in bovenstaande tabel).  Dit is mede dankzij landelijk opererende garantiefondsen die op specifieke beleidsterreinen garantiestellingen verlenen en daarmee een goed alternatief zijn voor directe gemeentegaranties. Voorbeelden zijn het Waarborgfonds Sociale Woningbouw, Stichting Waarborgfonds Sport, Waarborgfonds Eigen Woningen, Waarborgfonds voor de Zorgsector en het Nationaal Restauratiefonds.

Specificatie van de restschuld van de gegarandeerde overige leningen:

(Bedragen x € 1 miljoen)

31-12-2016

Stichting Elisabeth

5.600

Internationale school Breda

1.096

Building Breda

11.467

Overige garantie

1.810

Totaal

19.973

Belangen bij derden
Verkoop Essent
Met de verkoop in 2009 van het Productie- en leveringsbedrijf van Essent aan RWE kreeg de gemeente Breda een belang in een aantal B.V. 's als zekerheid voor mogelijke claims, die voortvloeien uit de transactie of rechtshandeling van de verkoop. Rond 2020 zijn de laatste claims afgewikkeld, in totaal geschat op maximaal € 200.000. Gelet op de onzekerheden bij deze claims staan deze niet als vordering in de balans.
Verkoop Intergas
In 2011 verkocht Intergas haar netwerkbedrijf aan Enexis en keerde 80% van de verkoopopbrengst uit aan de aandeelhouders. Een restant van € 20 miljoen kwam destijds in depot (escrowregeling) om hieruit de aan de koper afgegeven garanties en vrijwaardingen te kunnen voldoen. In juni 2012 is hiervan € 15 miljoen (aandeel Breda € 954.000) uitgekeerd. het restant van de laatste € 5 miljoen (aandeel Breda € 320.000) valt waarschijnlijk in 2017/2018 vrij als de termijn van alle garanties is verstreken. Gezien de onzekerheid over de hoogte van de uiteindelijke vorderingen staan deze niet in de balans.

Langlopende contracten
De gemeente ging een groot aantal contracten aan met een meerjarig karakter:
Contracten voor de zorg:
Voor een belangrijk deel van deze contracten geldt dat het of een raamovereenkomst of een zogenoemde openeindregeling is voor de jaren 2016-2017. Deze contracten kennen geen budgetafspraken, maar worden afgerekend op basis van feitelijk geleverde zorg (PXQ). Dit gebeurt in uren, trajecten, cliënten etcetera.
Voor de aangegane verplichtingen zijn de financiële middelen in de (meerjaren) begroting beschikbaar.
Contracten voor de bedrijfsvoering:
Voor de bedrijfsvoering resteerde per 31-12-2016 € 6 miljoen aan contractuele verplichtingen in 2017. Contracten voor na 2017 zijn voornamelijk licentiekosten en kopieerkosten.
Overige contracten:
Voor parkeren, vastgoedbeheer, verkeer en vervoer, uitvoering en het wagenpark is in totaal een waarde van € 29,1 miljoen aan contracten voor de jaren 2017 en verder.
Voor  alle contracten zijn middelen opgenomen in de meerjarenramingen.

Vennootschapsbelasting
Op basis van de inventarisatie en bepaling van de fiscale winst wordt voor 2016 een verlies van € 3.186.000 berekend. Dit verlies mag voor een periode van maximaal negen jaar worden opgenomen ter compensatie van mogelijke winsten in de toekomst. Bij de bepaling van de fiscale winst is een aantal aannames gemaakt en standpunten m.b.t. waardering en kostentoerekening ingenomen. Deze uitgangspunten zijn ook tussentijds aan de Belastingdienst voorgelegd maar instemming met de gekozen standpunten is op voorhand niet verkregen. Daarnaast zal op meer detail niveau in het kader van de aangifte vennootschapsbelasting nog een nadere analyse van zowel de activiteiten, als de fiscale opbrengsten en kostentoedeling plaatsvinden.
De feitelijke vpb-last bedraagt voor het jaar 2016 als gevolg van het negatief resultaat € 0.
Overige niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen
Brandweerkazernes Ulvenhout en Teteringen
Eind 2013 zijn, in het kader van BTW-aspecten, de brandweerkazernes Ulvenhout en Teteringen overgedragen aan de Veiligheidsregio. In deze overdracht is geregeld dat de kazernes na de fiscale herzieningstermijn van maximaal 10 jaar weer worden teruggeleverd aan de Gemeente Breda
Reclame inkomsten:
In Breda treft u op diverse locaties in de gemeente halte-inrichtingen (abri’s) of vrijstaande reclamedragers (mupi's) aan met gemeentelijke en/of niet commerciële uitingen gericht aan onze burgers en/of bezoekers aan de gemeente. Op de achterzijde van de mupi’s worden reclame-informatie geplaatst.
Tussen de gemeente en de eigenaar/beheerder van deze abri's en mupi's ligt contractueel vast dat zij een deel van hun reclame-inkomsten afdragen aan de gemeente voor het gebruik van de openbare ruimte.
Overeenkomst BreedSaam
In het kader van de doordecentralisatie onderwijshuisvestingsgelden zijn er in 2015 afspraken gemaakt omtrent aanvullende financiering ad € 10 miljoen. Er is hiervan een bedrag van € 2 miljoen in 2016 verstrekt. Het restant (€ 8 miljoen) zal conform het leningovereenkomst uiterlijk 30 juni 2017 worden overgemaakt.